2021 week 38 | Inspraak: vloek of zegen? (2)
In de vorige column hebben we als Vrienden naar aanleiding van de ontwerp-participatie verordening enige gedachten geformuleerd over Participatie en Inspraak. Vandaag een vervolg.
Om te beginnen een citaat uit een interview met Tjeenk Willink in de NRC van 11 september. Volgens hem “ontbreekt een diep gevoeld besef dat democratie meer is dan alleen de vertegenwoordigende democratie van parlement en gemeenteraden: het zijn ook burgers die zelf initiatieven nemen, het algemeen belang willen dienen, de maatschappij vorm willen geven. Representatieve democratie kan niet zonder maatschappelijke democratie. Als de laatste ontbreekt wordt de democratische rechtsorde uitgehold.” Dit zijn wijze woorden die ook onze vertegenwoordigers in de Gemeenteraad en in de Paauw ter harte dienen te nemen. Het is juist in een overzichtelijk dorp als Wassenaar met zijn divers samengestelde bevolking dat vanuit het bestuur alle ruimte moet worden gegeven aan maatschappelijke en participerende democratie, waarbij eenieder –en dus ook de minder mondige burger- wordt betrokken. Sterker nog: dit dient gestimuleerd te worden. Raadsleden die van mening zijn dat democratie synoniem is met ‘politieke–partij-democratie’ en de burger die eens in de 4 jaar zijn stem MAG (sic) uitbrengen, heeft de ontwikkelingen van de laatste decennia gemist. Verplichte leesstof voor ieder zittend en aankomend Raadslid zou het boekje van Bert Blasse “Opstand in de Polder” dienen te zijn. Zonder het met al zijn conclusies eens te zijn, verklaart dit boek heel veel over wat de laatste tijd op nationaal en lokaal niveau plaatsvindt. De Vrienden zijn heel benieuwd naar wat de verschillende politieke partijen voor de Gemeenteraadsverkiezingen in hun programma’s zullen schrijven over de maatschappelijke democratie. Hoe staan ze bijvoorbeeld tegenover een ‘burgerbegroting’ of een ‘burgertop’? Hoe onze partijen staan tegenover directe democratie (referendum) is de afgelopen week duidelijk geworden. De referendumcommissie die een aantal jaren geleden is ingesteld, is door de Paauw naar huis gestuurd, omdat de politieke partijen in meerderheid niets willen weten van referenda. Getuigt dit van angst van politici voor de burger of vreest men manipulatie? We vernemen het graag. Het maakt de Vrienden niet uit welk instrument wordt ingezet als het maar leidt tot meer en betere inwonersparticipatie en bijgevolg het politieke debat stimuleert en de burger meer betrekt bij de besluitvorming in ons dorp.
Wij zouden alle politieke partijen willen oproepen om de Participatieverordening vertrekpunt te laten zijn voor het aanjagen van vernieuwende en spannende democratische processen.
De Vrienden: voor meer inhoudsvolle democratie